Over de stad I - Zwolle
【»✫«】Over de provincie Overijssel (Zwolle)【»✫«】
Overijssel is een provincie in het oosten van Nederland. De rivier de IJssel vormt in het zuidwesten grotendeels de natuurlijke grens met Gelderland. Overijssel grenst in het noorden aan Drenthe, in het noordoosten aan Nedersaksen, in het zuidoosten aan Noordrijn-Westfalen, in het zuiden en zuidwesten aan de provincie Gelderland, in het uiterste westen aan Flevoland en in het noordwesten aan Friesland. De stad met de meeste inwoners is Enschede. De hoofdstad van Overijssel is Zwolle. De dialecten die in deze provincie worden gesproken, vallen onder het Nedersaksisch.
Overijssel is a province of the Netherlands located in the eastern part of the country. The province's name translates to "across the IJssel", from the perspective of the Episcopal principality of Utrecht by which it was held until 1528. The capital city of Overijssel is Zwolle and the largest city is Enschede. The province had a population of 1,162,215 as of November 2019.
De oudste sporen van bewoning stammen uit de jonge steentijd. Rondtrekkende stammen bewoonden toen de dekzandruggen. In sommige bronnen worden deze stammen ook wel aangeduid als het Isalavolk, naar de Latijnse naam van de IJssel.
Bij de aanleg van Ittersumerbroek, een wijkgedeelte van Zwolle-Zuid, zijn in 1993 grondsporen gevonden van twee paalcirkels uit de bronstijd. Deze worden ook wel het Woodhenge van Zwolle genoemd.
In augustus 1572 werd Zwolle veroverd door Willem van den Bergh, een zwager van Willem van Oranje. Maar na het uitmoorden van Zutphen op 16 november door de Spaanse troepen van Don Frederik, gaf de stad zich met enkele andere steden vrijwillig over om verder bloedvergieten te voorkomen.
De Staten van Overijssel deden in eerste instantie niet mee aan de Unie van Utrecht, die bedoeld was als militair verbond tegen de oprukkende Spaanse troepen. Maar toen de stadhouder van Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel - George van Lalaing - op 3 maart 1580 overliep naar Spanje, maakten de Zwollenaren duidelijk dat zij de opstand niet wilden verlaten en erkenden de stadhouder niet langer. Ene Lubert Ulger ontketende een opstand in Zwolle, en op 15 juni wist hij met een groep calvinistische opstandelingen de katholieken en Spaanse soldaten te verslaan in een straatgevecht in de Diezerstraat. Na een bemiddeling van Willem van Oranje kreeg van Lalaing alleen Groningen mee naar de Spaanse zijde, en sloten Overijssel en Drenthe zich aan bij de Unie van Utrecht.
Op 7 juli 1837 werd op de Grote Markt de laatste Zwolse doodstraf door scherprechter Hendrikus Esman (scherprechter voor Overijssel 1827-1845) uitgevoerd. De uit Wijhe afkomstige Albert Wetterman werd tot deze straf veroordeeld vanwege de moord op zijn vrouw Gerritdina Lankhorst.
Black Francis brengt een hommage aan Herman Brood naast zijn standbeeld in Zwolle op 29 februari 2008
Zoals in zoveel plaatsen heeft ook Zwolle een scheld- of bijnaam voor zijn inwoners, die in de loop der eeuwen is uitgegroeid tot geuzennaam. Een volksverhaal moet de naam 'blauwvingers' verklaren. In eerste instantie was de naam puur als scheldnaam in zwang. In de Middeleeuwen bestond er een flinke rivaliteit tussen de steden Zwolle en Kampen. Men maakte elkaar het leven zo moeilijk mogelijk: Zwollenaren werden beroofd, het vee van de Kampenaren werd gestolen.
Zwolle is een kristallisatiepunt geworden van een zogenoemde Kamper ui. De Zwollenaren hadden een bijnaam voor de Kampenaren: Kampersteuren. De scheldnaam voor de Zwollenaren was 'blauwvinger' daar zij meineed gepleegd hadden ten opzichte van de Hertog van Gelre. De sage over de blauwvingers vertelt dat Zwolle ten tijde van een wapenstilstand het klokkenspel uit de verbrande toren te koop aanbood aan Kampen. De Kampenaren zouden hiermee akkoord gaan, mits zij mochten bepalen hoe het bedrag werd betaald. Op een dag kwam er een wagen vol met geld: allemaal vierduitstukken en de Zwollenaren kregen blauwe vingers van het tellen van de koperen munten. Blauwvingers werd daarom de bijnaam voor de Zwollenaren.
Later zijn de Zwollenaren de naam als een geuzennaam gaan zien. Ieder jaar worden er zogenaamde Blauwvingerdagen georganiseerd. Op deze dagen is er markt en zijn er allerlei activiteiten.
De naam Blauwvinger duikt in 2007 op aan de andere kant van de oceaan als titel van een cd van de Amerikaanse artiest Black Francis (ex-Pixies), getiteld Bluefinger. Deze cd is geïnspireerd op de bekende overleden muzikant en kunstenaar Herman Brood, wiens wieg in Zwolle stond.
Zwolle, which was granted city rights by the Utrecht bishop Willebrand van Oldenburg in 1230, grew over time into a city of significance. This was mainly because Zwolle had a favorable location on the existing trade routes. In 1407 Zwolle joined the Cologne quarter of the German Hanseatic League. As a Hanseatic city, Zwolle experienced its 'Golden Age' in the 15th century. Zwolle also developed a rich history in the ecclesiastical and cultural field. The modern Devots have been very active here, many buildings still remind of their presence. The Hanseatic city walk is available at the Tourist Info Point Waanders In de Broeren and in the museum shop of the Stedelijk Museum Zwolle.
At least as early as 1911, Zwolle had a considerable trade by river, a large fish market, and the most important cattle market in the Netherlands after Rotterdam. The more important industries comprised cotton manufactures, iron works, boat-building, dyeing and bleaching, tanning, rope-making, and salt-making.
De Librije
In World War II, Zwolle was single-handedly liberated from the Germans by French Canadian soldier Léo Major.[12] He was made an honorary citizen of Zwolle in 2005 and a street is named for him.
In 2004, Zwolle's De Librije restaurant was honored with 3 stars by Michelin Guide; as of 2018, it is one of only three restaurants so honored in the entire country.
The story of the 'Blauwvingers'
In the Middle Ages, the cities of Zwolle and Kampen made life as difficult as possible for each other. The people of Zwolle had a nickname for the people of Kampen: Kampersteuren. The nickname for the people of Zwolle was 'Blauwvinger' because they had committed perjury against the Duke of Gelre. Another explanation came later, when Zwolle offered the carillon from the Grote Kerk for sale to Kampen. The residents of Kampen agreed and one day arrived with a car full of money. They were all four German coins and the people of Zwolle got blue fingers from counting the copper coins.
Comments
Post a Comment